HUISHOUDELIJK REGLEMENT - sportclub groningen

Ga naar de inhoud

Hoofdmenu

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

STATUTEN

Huishoudelijk reglement

Artikel 1.

De leden genoemd in artikel 4 van de statuten onder a. tot en met d. hebben het recht tot:

a. Het deelnemen aan oefeningen en indien daartoe gekozen, aan oefenwedstrijden en wedstrijden.
b. Het bijwonen van bijeenkomsten van algemene aard.
c. Het introduceren van personen op de oefeningen en bijeenkomsten, met dien verstande dat dezelfde persoon niet langer dan één maand aan de activiteiten deelneemt.
De leden genoemd in artikel 4 van de statuten onder a. tot en met c. hebben bovendien het recht tot:
d. Het stemmen over personen en zaken.
e. Het schriftelijk indienen bij het bestuur en/of bestuur van de afdeling van voorstellen en bezwaren tegen bestaande toestanden.
f. Het recht van initiatief, amendement en interpellatie op afdelingsvergaderingen.

De verplichtingen van de leden bestaan uit:

a. Het betalen van contributies en andere heffingen, indien en voorzover zij daarvan niet op grond van statutaire, reglementaire of andere wettige bepalingen zijn vrijgesteld.
b. Het nakomen van de bepalingen van de statuten en het huishoudelijk reglement en van de besluiten van het bestuur en de algemene vergadering.

Artikel 2.

De aanmelding als lid (als bedoeld in artikel 4 van de statuten onder c en d) dient schriftelijk te geschieden bij de secretaris van het bestuur. Deze zorgt voor publicatie van de aanmelding in het eerst volgende clubblad.
Op grond van artikel 7 van de statuten geschiedt de al of niet aanneming van de voorgestelde leden door het bestuur veertien dagen doch binnen een maand na publicatie.

Artikel 3.

Bij de benoeming op grond van artikel 9 van de statuten ontvangen de ereleden of leden van verdienste een oorkonde en een onderscheidingsteken.
Dit onderscheidingsteken blijft eigendom van de vereniging. Bij beëindiging van het erelidmaatschap of lidmaatschap van verdienste behoort het onderscheidingsteken te worden teruggegeven.

Artikel 4.

Opzegging van het lidmaatschap door elk lid dient met in achtneming van het bepaalde in artikel 11, lid 3 van de statuten schriftelijk te geschieden bij de secretaris van het bestuur.

Artikel 5.

De algemene vergadering die na een daartoe ingesteld beroep ingevolge artikel 11, lid 6 van de statuten moet beslissen over de opzegging van of ontzetting uit het lidmaatschap van een lid, dient deze beslissing te nemen met een meerderheid van twee derden van de uitgebrachte geldige stemmen. Hierna zal het bestuur zorgen voor publicatie van de genomen beslissing in het eerstvolgende clubblad.

Artikel 6.

Personen, wier lidmaatschap namens de vereniging is opgezegd of welke uit het lidmaatschap zijn ontzet, mogen op geen door de vereniging te organiseren oefeningen, wedstrijden, demonstraties of bijeenkomsten worden geïntroduceerd.

Artikel 7.

Behoudens het bepaalde in artikel 17 en artikel 28 van de statuten heeft het bestuur de algehele leiding der vereniging en regelt naast eigen specifieke, alle overige werkzaamheden in onderling overleg.
De afdoening der lopende zaken is opgedragen aan het bestuur bestaande uit voorzitter, secretaris en penningmeester.
De voorzitter vertegenwoordigt de vereniging bij officiële gelegenheden en zorgt voor nakoming van de statuten, het huishoudelijk reglement en de besluiten van de algemene vergadering; bij zijn afwezigheid treedt een ander bestuurslid door het bestuur aan te wijzen in al zijn rechten en plichten.
De secretaris voert de officiële correspondentie, waarvan hij verplicht is afschrift te houden. Hij heeft het archief onder zijn berusting, hij kan tevens belast zijn met het bijhouden van het ledenregister, ook die van de afdelingen, en de verdere verenigingsstatistieken.
De penningmeester beheert de gelden der vereniging, de bank en postbankrekeningen en beleggingen; elk kwartaal geeft hij het bestuur een overzicht van de inkomsten en uitgaven, terwijl hij tevens desgevraagd gegevens moet verstrekken aan een commissie van onderzoek als bedoeld in artikel 23 van de statuten; alle uitgaven moeten door schriftelijke bewijsstukken worden gedekt, en hij zorgt ervoor, dat op de dag waarop de controle plaats vindt, de boekhouding is bijgehouden.

Artikel 8.

1. Taken van een afdelingsbestuur

a. Het afdelingsbestuur behartigt de zaken van de afdelingen als genoemd in artikel 22 van de statuten met beperking van het daaromtrent bepaalde in de statuten, het huishoudelijk reglement of de besluiten van de algemene vergadering.
b. Het verzorgt onder anderen het organiseren van en het inschrijven voor wedstrijden, schaft het materiaal der afdeling aan, waarvan het een inventarislijst bijhoudt en heeft het beheer hierover.
c. Het adviseert het bestuur inzake het huren of op andere wijze in gebruik nemen van zalen en terreinen, en tevens ten aanzien van het sluiten en wijzigen van arbeidsovereenkomsten, doet voorstellen en voert de besluiten uit.
d. Van de bestuursvergaderingen van de afdelingen worden notulen gehouden, waarvan een afschrift binnen een maand bij de secretaris van het bestuur wordt ingeleverd.

2. Specifieke taken van de Voorzitter

a. Het houden van bestuursvergaderingen ter behartiging van de zaken der afdeling.
b. Het houden van een jaarvergadering en/of het jaarlijks rapporteren aan de leden (middels het afdelingsbulletin o.i.d.).
c. Het opstellen van een rooster van aftreding.
d. Het opstellen van de taken van de technische leiding.
e. Het deelnemen aan de bestuursvergaderingen van het bestuur (afwijking van statuten).
f. Het voeren van overleg met lokale overheden.

3. Specifieke taken van de Secretaris

a. Het uitbrengen van een afdelingsbulletin t.b.v. de leden.
b. Het bijhouden van het ledenregister van de afdeling.
c. Het bijhouden van contracten van de docenten c.q begeleiders.
d. Het controleren en accorderen van de declaraties van docenten c.q. begeleiders.
e. Het schriftelijk welkom heten van nieuwe (jeugd)leden.
f. Het bijhouden van de materiaalvoorraad.
g. Het telefonisch of schriftelijk verstrekken van informatie.

4. Specifieke taken van de Penningmeester

a. Het bijhouden van kas en bankboek.
b. Het opstellen van een jaarbegroting.
c. Het 2x per jaar opstellen van een overzicht van inkomsten en uitgaven t.b.v. het bestuur.
d. Het opstellen van het financieel jaaroverzicht.
e. Het tijdig voldoen van de financiële verplichtingen van de afdeling.

Artikel 9.

Ter financiering van de afdelingsuitgaven ontvangt het afdelingsbestuur per kwartaal in gedeelten de op de begroting uitgetrokken post, bestemd voor de afdelingen.
Van de ontvangsten en uitgaven geeft het onmiddellijk na de afdelingsvergadering een overzicht aan de penningmeester; dit geldt ook voor de vast te stellen afdelingsbegroting.

Artikel 10.

Het is de afdeling niet toegestaan zelf contributies en heffingen van de leden, die in het ledenregister zijn ingeschreven, te vorderen of te innen.
Erfstellingen, legaten en schenkingen mogen alleen aanvaard worden door het bestuur. Erfstellingen, legaten en schenkingen, waaraan voorwaarden zijn verbonden, behoeven voor de aanvaarding goedkeuring door de algemene vergadering.
Sponsorinkomsten als bedoeld in artikel 14, tweede en derde lid van de statuten, zonder voorwaarden behoeven de goedkeuring van het bestuur.
Sponsorinkomsten als bedoeld in artikel 14, tweede en derde lid van de statuten, met voorwaarden behoeven de goedkeuring van de algemene ledenvergadering.

Artikel 11.

De afdelingsbestuursleden, die zitting hebben in het bestuur, ingevolge artikel 20, lid 2 van de statuten, zijn tegenover dit bestuur verantwoording schuldig voor de gang van zaken in de afdeling. Zij zullen zich bij in gebreke blijven nimmer kunnen beroepen op onwetendheid, dan wel op handelingen van de medeafdelingsbestuursleden.

Artikel 12.

Leden van het bestuur hebben het recht alle bijeenkomsten en vergaderingen, georganiseerd of uitgeschreven door de afdelingen te bezoeken en aan de beraadslagingen deel te nemen. Indien zij niet zijn ingeschreven in het ledenregister van de betreffende afdeling hebben zij slechts een adviserende stem.

Artikel 13.

De oproep door het bestuur ingevolge artikel 25 van de statuten voor een algemene vergadering gaat vergezeld van een agenda van de te behandelen punten.

Artikel 14.

Elk lid (genoemd in artikel 4 van de statuten onder a tot en met c) heeft het recht schriftelijk voorstellen en agendapunten in te dienen, welke minstens veertien dagen voor de aanvang van de algemene vergadering bij de secretaris moeten worden ingeleverd.

Artikel 15.

Tot voor de aanvang van de algemene vergadering kan elk lid (als bedoeld in artikel 4 van de statuten onder a tot en met c) kandidaten stellen.
Kandidaten voor een bepaalde functie zijn zij, die als zodanig op de vergadering zijn voorgesteld en zich op de vergadering bereid hebben verklaard de eventuele benoeming te aanvaarden. Van niet op de vergadering aanwezige kandidaten moet een dergelijke verklaring schriftelijk worden overlegd.

Artikel 16.

Leden van het bestuur blijven in functie tot en met de eerste bestuursvergadering na de algemene vergadering waarin zij zijn afgetreden.
Wenst een bestuurslid tussentijds zijn functie neer te leggen, zo geeft hij hiervan schriftelijk kennis aan de secretaris. De secretaris van het bestuur geeft bij eventueel bedanken schriftelijk kennis hiervan aan de voorzitter van het bestuur.

Artikel 17.

De bepalingen in de artikelen 14 tot en met 16 van dit huishoudelijk reglement zijn ingevolgeartikel 29 van de statuten mutatis mutandis van overeenkomstige toepassing op de afdelingsvergaderingen en overige vergaderingen, als bedoeld in artikel 24 van de statuten onder e.

Artikel 18.

Behoudens het bepaalde in artikel 23 van de statuten controleert de commissie van onderzoek (kascommissie) tevens periodiek de geïnde contributies en bijdragen der leden. Eén lid van deze kascommissie assisteert de afdelingskascommissie bij de controle der afdelingskassen.
Een lid is slechts éénmaal terstond herkiesbaar; bij tussentijds aftreden van een lid wordt zijn plaats ingenomen door een plaatsvervangend lid.

Artikel 19.

Alle leden (als bedoeld in artikel 4 van de statuten onder a tot en met d) zijn verplicht op wedstrijden en demonstraties in de clubkleding te verschijnen.
De clubkleding voert in elk geval de kleuren groen, wit en zwart en is aangepast aan de te beoefenen tak van sport. Hierop kan het ronde embleem, bestaande uit het zwarte clubvignet met de verenigingsnaam in groene letters op een witte ondergrond, gedragen worden.
Een door de afdelingsvergadering vastgesteld kledingsvoorschrift behoeft goedkeuring van de algemene vergadering.

Artikel 21.

Wijzigingen in het huishoudelijk reglement kunnen slechts worden behandeld in een algemene vergadering met voorafgaande kennisgeving van de te behandelen wijzigingen.
Zij behoeven voor hun aanneming minstens twee derden der geldig uitgebrachte stemmen en treden direct in werking.

Artikel 22.

Ieder lid (volgens artikel 4 van de statuten onder a tot en met e) wordt geacht met de statuten en het huishoudelijk reglement bekent te zijn.
In gevallen, waarin dit huishoudelijk reglement niet voorziet, beslist het bestuur, terwijl de uitleg der zin der artikels eveneens bij het bestuur berust.




 
Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu